Een moment met
Dennis Storm over Twente: "Ootmarsum gaf bijna een soort kerstgevoel".
Tien jaar lang reisde hij de wereld over voor BNN. Als presentator van het programma 3 Op Reis sliep hij op de meest bijzondere plekken ter wereld. In de Australische Outback of in de Chileense Atamaca-woestijn bijvoorbeeld. Van Yogyakarta tot Honolulu. Maar omdat ver niet altijd beter hoeft te zijn, verkende hij afgelopen winter Twente. Hij sliep in een sterrenkubus op een boerenerf in Lattrop.
“Heerlijk was het”, verzucht Dennis, “We hebben tot ’s avonds laat bij het vuur gezeten. Warm was het niet, maar wel onvergetelijk. En ’s nachts was het onwijs helder… tuurden we comfortabel vanonder de dekens, eindeloos naar de sterren.”
Het is maandagochtend. Vroeg nog. Maar het haardvuur op de deel van Erfgoed Bossem knappert al. We praten na over zijn verblijf in Twente: “Vooral de weidsheid van het landschap viel me op. Dat je ver weg kunt kijken. Zonder de oranje Hornbachs of blauwe Ikea’s. Hier is niets. Alleen groen, koeien en af en toe een boerderij. Dat is echt fijn. Ik geloof dat ruimte om je heen heilig is. Dat ruimte voor een soort van geestelijke kalmte zorgt.”
Niet alles hoeft aan te staan
Er valt een lange stilte na de vraag wat de rest van Nederland van Twente kan leren. “Nou…, dat sommige dingen best ouderwets mogen blijven. Het hoeft niet altijd door te gaan. Niet alles hoeft -wakker gemaakt, verlicht of open te zijn. Toen ik gisteravond naar een pizzeria reed, viel het op hoe onwijs donker het is zonder straatverlichting. In de Randstad is elk fietspad van 6 uur ‘s avonds tot de volgende ochtend -verlicht. Er zijn supermarkten die altijd open zijn en het rumoer op straat stopt nooit. Zo stilletjes een pizza gaan eten in de buurt van Ootmarsum gaf bijna een soort kerstgevoel!”
Rust of reuring?
De overtreffende trap van rust en ruimte is misschien wel ‘oersaai’. Zou je bij een langer verblijf de inspiratie uit het westen missen? “Inspiratie uit het westen…?” Dennis countert direct. “Er is veel afleiding in het westen, maar weinig inspiratie. Pas als je een doorbloede Randstedeling hier twee nachten in een sterrenkubus zet, zonder wifi, zonder tv en hem lekker laat eten, wandelen en struinen over het erf. Dan pas komt er inspiratie.
"De tijd kan soms best een weekje uit"
Je kunt twee dingen doen: De stilte -opzoeken of de drukte. De stilte zoek je vaak vanwege een soort vlucht, vanwege de stress die je ervaart. Die rust is dan een druppel op de gloeiende plaat. De reuring opzoeken is heel iets anders. Dan heb je ergens zin in, dan maak je daar tijd voor en ga je ernaartoe. Dat laatste is natuurlijk veel beter!”
Verstild als in het diepe zuiden
Je bent op veel plekken geweest. Met -welke plek op de wereld is Twente het best vergelijkbaar? “Ik denk de boeren-streken in Amerika. Stukken in Deep South of Midwest. Waar je eindeloos kunt rijden zonder iets tegen te komen. En dan ineens is er een boerderij, een dorpje of een landgoed. Dat verstilde. Daar doet het me aan denken. Maar dan natuurlijk wel een soort van miniatuurversie.” En de mensen? “Nee, die hebben niets Amerikaans. Eerder iets Frans. Niet stedelijk Frans maar Languedoc-Frans. Ze komen in eerste instantie wat gesloten over. Tijdens mijn wandelingen viel het op dat iedereen keurig groet. Alsof het erbij hoort. Maar niet altijd met een glimlach. Alsof een ongeschreven regel zegt dat het niet van harte hoeft te zijn. In Den Haag daarentegen staart vijftig procent naar de grond of de andere kant op om maar geen gedag te hoeven zeggen.”
Minimalisme
Tijdens het reizen voor BNN raakte Dennis gefascineerd door het minimalisme. “Ik merkte dat ik in sommige hotelkamers gelukkiger was dan in andere. Dat zette me aan het denken over wat belangrijk is. Voor mij waren dat een goed bed, een goede douche, lekkere handdoeken, een kleine kast, wifi, een waterkoker en frisse lucht. Daarmee kom je tot rust. Maar een goede hotelkamer dwingt je ook om de deur uit te gaan. Omdat er geen serie is die nog afgekeken moet worden. Er geen eten in de koelkast is dat op moet. Er geen troep is om op te ruimen. Een goede hotelkamer stimuleert je om er op uit te gaan. Om te sporten of op -avontuur te gaan of te eten met anderen. Om vrij te zijn. Dat weergaloze gevoel van -vrijheid wilde ik thuis ook. Dus toverde ik mijn huis langzaamaan om in een ideale hotelkamer. Waar alles is, maar niets te veel.”
Weg ermee
In zijn boek ‘Weg ermee’ neemt Dennis je mee in zijn proces en geeft hij - als het materialisme begint te schuren - handige tips. Kort komt het neer op drie fases:
STAP 1 is vooral ontspullen. “Mijn woonkamer is niet leeg of klinisch. Sfeer is juist belangrijk. Maar als je goed kijkt staat er niet veel in. Een bank en een tv. Een groot schilderij, een grote plant. Mooi en sfeervol belicht. Maar een kast ontbreekt. We hebben geen duizenden, losse, kleine dingen meer om erin op te bergen.”
STAP 2 is het tegengaan van koopziekte. “We kopen zelden nog iets. Dat levert in het weekend tijd op voor familie en vrienden. Maar ook ruimte. In je huis én in je hoofd. Steeds mweer mensen werken om de hoge huren in het westen te betalen. Om dingen te kopen. Als je blijft geloven dat die spullen nodig zijn en je je telkens weer laat verleiden, loop je vanzelf vast. Heb je een steeds groter en duurder huis nodig om alles kwijt te kunnen. Mijn huis hoeft niet groter.
Ik ben juist bezig om kleiner te gaan wonen maar met een grotere tuin.”
STAP 3 gaat over het ontdoen of mini-maliseren van immateriële zaken. Geen Facebook meer, je agenda anders indelen en quality-time creëren. “De leukste stap die ik daarin heb gemaakt is het leegvegen van mijn agenda en het daarna opnieuw invullen. Eerst met dingen en -afspraken die ik echt belangrijk vind: mijn kinderen uit school halen bijvoorbeeld. Of eten bij mijn ouders of met mijn beste vriend. Uiteindelijk hield ik nog 30 tot 32 uur over voor werk. Het is bevrijdend om niet te hoeven zoeken naar een gaatje om te kunnen sporten of om je vrienden te zien.’ Nog een stap verder is het uitschakelen van de tijd. “Tijdens een vakantie in Portugal hebben we een week lang de -telefoon uitgezet en de klok afgeplakt. Dat is even wennen maar dan is het heerlijk. Je komt in een natuurlijk ritme dat gebaseerd is op daglicht, honger en gevoel. Dat levert een onwijze kalmte op. Je hoeft nergens meer op te letten. Het is nooit te vroeg of te laat. Er is geen oordeel meer. Als je om 4 uur al trek hebt dan heb je niet te licht -geluncht bijvoorbeeld. Of als je om 5 uur ’s ochtends wakker wordt dan heb je niet slecht geslapen. Zonder klok is dat gewoon OK.” •
Over Dennis
Dennis Storm (Den Haag, 1985) woont met zijn gezin in Den Haag. Tot 2016 was hij tien jaar lang programma-maker en presentator van verschillende programma’s bij BNN. Hij is een groot liefhebber van design en -architectuur. Het liefst houdt hij zich bezig met het nieuw leven inblazen van oude fabriekssilo’s, garages of - wie weet - een oude Twentse boerenschuur. In 2018 kwam zijn boek uit. ‘Weg ermee’, over de schoonheid van -minimalisme.